Vitaal, vakkundig en met plezier langer doorwerken in de VVT

Inleiding

We leven steeds gezonder en dat kun je merken. De levensverwachting in Nederland is flink gestegen. Een paar jaar extra leven betekent ook een paar jaar extra werken. Volgens de voorspellingen gaan de jongeren van nu met pensioen op hun 72e. Dat betekent veel voor de duurzame inzetbaarheid van werknemers in de verpleeghuizen, verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT). Werkgeversorganisaties Actiz, Zorgthuisnl en werknemersorganisaties FBZ, CNV en Nu’91 hebben met ondersteuning van stichting A+O VVT onderzocht hoe  medewerkers vitaal, vakkundig en met plezier hun werk in de  VVT branche kunnen blijven uitvoeren.

 

iconen uit infographic duurzame inzetbaarheid met tekst: zelfleiderschap, gedragsverandering, maatwerk en dialoog

Tips om duurzame inzetbaarheid in de VVT te verbeteren

Uit het onderzoek komen vier speerpunten naar voren waar binnen de VVT aan gewerkt kan worden. Dit zijn in het kort:

  • Zelfleiderschap: Zelfleiderschap gaat over regie nemen over je eigen loopbaan en jezelf dusdanig sturen dat je goed functioneert en het goed met je gaat. Werkgevers in de VVT zouden medewerkers meer kunnen helpen met tijd voor scholing, keuzevrijheid in de te volgen scholing en meer financiële ruimte.
  • Gedragsverandering: Medewerkers die enthousiast zijn nemen eerder verantwoordelijkheid voor hun duurzame inzetbaarheid. Om medewerkers hun gedrag te laten veranderen geven zij aan dat de sfeer in het team en de relatie met de leidinggevende bepalend zijn. Ook helpt het om medewerkers inzicht te geven in hun duurzame inzetbaarheid, bijvoorbeeld met een zelfscan.
  • Maatwerk: Houd er rekening mee dat voor iedereen in de VVT andere zaken van belang zijn. Ga daarom in gesprek met de individuele medewerker om zijn behoeftes te achterhalen. Lager en middelbaar opgeleide medewerkers vinden het minder erg om verplicht te worden tot scholing, terwijl hoger opgeleiden eerder geneigd zijn buiten werktijd scholing te volgen. Oudere werknemers geven minder vaak aan dat zij behoefte hebben aan aanvullende activiteiten, maar zijn meer op de hoogte van de ontwikkelingen in de VVT.
  • Dialoog: Door ongemerkt plekken voor de dialoog in de zorgorganisatie te creëren kan meer een cultuur van feedback en leren gecreëerd worden. Het is nodig om medewerkers meer te prikkelen en te stimuleren om na te denken over duurzame inzetbaarheid. Het gesprek hierover kan plaatsvinden met bijvoorbeeld leidinggevenden, arbo-experts en/of HR-professionals. Binnen organisaties kunnen medewerkers meer betrokken worden bij activiteiten zoals een medewerkers tevredenheidsonderzoek en het zorgplan. Tot slot is feedback geven, elkaar zien en successen vieren belangrijk.

Deze speerpunten hangen onderling met elkaar samen en het is dan ook goed om bij het werken aan duurzame inzetbaarheid de speerpunten integraal te benaderen.

Over de werksessies Duurzame Inzetbaarheid in de VVT

De werksessies geven een aantal richtingen voor werkgevers, werknemers en stichting A+O VVT zelf om impactrijke vervolgactiviteiten te ontwikkelen. De werksessies zijn het vervolg op eerder onderzoek door Tinka van Vuuren (Loyalis) in opdracht van stichting A+O VVT. In de werksessies Duurzame Inzetbaarheid hebben sociale partners, ondersteund door A+O VVT, samen met de sector gezocht naar concrete vervolgactiviteiten en –projecten om duurzame inzetbaarheid in de VVT te bevorderen. Er is een QuickScan onder medewerkers in deze branche uitgevoerd, waaraan 657 respondenten hebben deelgenomen. Ook is in regiosessies met zorgmedewerkers, OR-leden, leidinggevenden en HR-professionals gesproken over duurzame inzetbaarheid in de VVT.

 

illustratie ziekenbed oudere cliënt met medewerker in de VVT